Naar Camprodon

16 juni 2018 - Camprodon, Spanje

Zaterdag 16 juni 2018

Al voor zeven uur is ons kampement in vol bedrijf. Tassen pakken, tent slopen, ontbijtje klaarmaken en hups op de fiets is het plan. Het is nog best fris vinden we en eten ons ontbijtje voor de cantina social, de overdekte gemeenschappelijke ruimte, maar van enig sociaal gebeuren is geen sprake, de camping slaapt nog. Broodje, jammetje, eitje, yoghurtje, kopje thee, heerlijk. De tent kan bijna droog in de zak en om iets na half negen zijn we op pad. Een vlotte afdaling naar Olot, de Pirinexus route opzoeken en dan de klim: 10 km omhoog tegen 5 à 6%. De zon wint heel snel aan kracht en na een uur is de temperatuur al van 15 tot boven de 20 graden gestegen. Gelukkig krijgen we nog regelmatig even schaduw van wat bomen of de bergwand. We komen veel fietsers tegen die afdalen en in een zucht voorbij snellen, maar meestal wel even een duimpje opsteken of een aanmoediging roepen. Tenminste, dat denken we, misschien roepen ze wel “Hé sukkel, ik zou zonder bagage de col op fietsen” of iets dergelijks, ons Spaans is niet denderend. De meisjes zijn ondanks hun knalhard gekleurde truitjes al vlot buiten ons gezichtsveld en ook Hans zie ik met elke pedaalslag verder uit beeld verdwijnen. En dan begint de eenzame klim naar de top, langs de eenzame eik, langs het punt waarvandaan je het indianenkamp kan zien van het zwijgzame opperhoofd Kaken Toe, langs het vervallen fort, langs de stekelige cactussen en dan heel langzaam komen de eerste botjes van de fietsers die het niet gehaald hebben (vrij naar Neerlands Hoop).

Al ploeterend tegen de zwaartekracht komt de herinnering aan ons fietstochtje door de Eiffel naar boven waar de wegwerkzaamheden van mieren, torren en kevers uitvoerig bestudeerd zijn. Ook nu wordt er weer veel naar het asfalt getuurd, tijd genoeg als je 5 km/u rijdt. De klim is pittig, maar als je doortrapt kom je steeds hoger en na anderhalf uur zie je dan zomaar een bord “Col de Boudet, altitude 1010 meter”. De laatkomer wordt enthousiast begroet er worden een paar plaatjes geschoten. Dan het windjack aan, want we zullen wel hard naar beneden gaan en dan moet je het zweet goed inpakken. Dat valt een beetje tegen, we gaan meer op dan neer om nog eens 100 meter hoger over de Col de Saragossa te gaan. Daar hadden we eigenlijk niet op gerekend, maar goed, we wilden toch zo graag in de Pyreneeën fietsen. Dan zal nu de afdaling naar Camprodon toch wel komen die de spanning van de kuiten haalt, hopen we van ganser harte. Maar de Pirinexus loopt niet over de grote weg en voor we er weet van hebben zitten we weer midden in het oerwoud. We vonden het onverharde pad al verdacht toen we het insloegen, maar we konden nog gewoon fietsen. Na een paar kilometer kan er van fietsen geen sprake meer zijn. Keien zo groot als Edammer kazen, kuilen zo diep als ehh..... nou heel diep. We maken eerst nog grappen om de stemming er in te houden. Wat heb jij gedaan met vakantie? Nou, wij hebben de Pirinexus gelopen. Gelopen? Maar dat is toch een fietsroute? Ja, ook een stukje.

Ons incasseringsvermogen wordt nadrukkelijk op de proef gesteld en een eindje verder lukt het de meisjes zelfs niet tegen de steile glibberige helling op te lopen en moeten de boys helpen duwen. We waden opnieuw door een stroompje en komen een paar mountainbikers tegen. “Wordt het verderop beter?” vragen we hoopvol. Hun bedenkelijke blik spreekt boekdelen en het zozo-gebaar blijkt ongegrond optimistisch. Na nog eens de fietsen tegen een helling te hebben opgeduwd fietsen we door een weiland waar het geitenpad niet meer te zien is door het overhangend hoge gras. We doen ons best het 10 cm brede pad te volgen, maar nemen ergens toch een verkeerde afslag waardoor we even later het pad in een riviertje zien verdwijnen. Misschien gaat het pad aan de andere kant verder, maar wij nemen de gok niet en fietsen en lopen terug. We hervinden de route en besluiten bij de eerstvolgende gelegenheid vals te spelen en over het asfalt te fietsen zodra de bordjes richting onverhard wijzen. Dat blijkt niet nodig, want de laatste kilometers tot de camping gaan over asfalt. Uitermate tevreden “wat zijn we toch een stel kanjers hè” verwennen we onszelf met een blokhut van buitenissige afmetingen en voorzien van overbodige luxe, maar helaas geen verwarming. Koud en brutaal stapt Renée naar de receptie en komt breed grijnzend met een elektrisch kacheltje retour. Nadat we gedoucht hebben en de laatste natte spullen zijn gedroogd eten we een onvervalste campinghap. Mmm, hamburger met friet, lekker tegen Spaanse afbraakprijzen en een heerlijk kopje koffie toe. We kunnen daarna zo het bed in. De meisjes doen dat ook, de boys kijken nog even naar de uitslag van Spanje - Portugal: 3-3. Niet best van Spanje. Morgen fietsen wij naar Frankrijk.

Foto’s

3 Reacties

  1. Joke vd Knaap:
    18 juni 2018
    Mooi verhaal weer. Wat een avontuur. Succes met de verdere reis en veel fietsplezier.
  2. Marieke de Moel:
    18 juni 2018
    Niet normaal, wat een tocht! Leuk om te lezen, veel plezier en goede reis verder!
  3. Jan Willem Visser:
    18 juni 2018
    Dag allen
    Zo toch even een bericht van de met stoklopende man. Hier is de vakantie ook aangevangen en het lezen van die machtige verhalen doet lonken naar mooie tijden. Knap hoe jullie het doen!
    Morgen vertrekken wij met "auto" weliswaar naar het vestingstadje Bourtange. Om Noordoost Groningen te verkennen. Veel succes en plezier samen!