Naar Sainte Marie-sur-Mer

19 juni 2018 - Saintes-maries-de-la-mer, Frankrijk

dinsdag 19 juni 2018

Gisteravond is er na het eten van een hamburger niets noemenswaardig meer gebeurd. Nog even lezen, wijntje proeven, smaakt prima, en op tijd naar bed. En ook vandaag wordt het blog eindeloos saai, je bent gewaarschuwd. We ontbijten op het terras van het gesloten restaurant en pikken daarmee het gemak van comfortabele stoelen en een grote tafel. Daarna is het op de veló richting kust met een heel matig windje van opzij, soms iets mee, soms iets tegen. Dan komen we ongemerkt bij het hoogtepunt van de dag. Het pad wordt versperd door een drietal dranghekken die onmiskenbaar de indruk wekken ons tegen te willen houden. Een groot bord met “Route Barré” complementeert het plaatje. Mmm, wat te doen, een omleiding wordt niet aangegeven en de gps en smartphone geven ook geen helder uitsluitsel over hoe verder. Hans schuift heldhaftig het hek opzij en gaat op onderzoek uit. Ondertussen komt er een auto met twee Fransen aan die op onze vraag of zij weten wat er hier aan de hand is nukkig antwoorden ”route barré”. Dat wisten we dus al. Van de andere kant komt een auto met een Nederlandse vrouw die uitstekend Frans spreekt en blijkbaar bekend is met de heren. Na enig onverstaanbaar gebrabbel weet zij te vertellen dat een gedeelte van het pad onder water staat en er hierdoor een ernstig ongeluk is gebeurd. Inmiddels heeft Hans ons gebeld dat de kust veilig is, hij heeft de andere kant van de afzetting zonder problemen bereikt. De dame waarschuwt ons dat we op eigen risico verder gaan en zegt tegen de Fransozen “Het zijn Hollanders hè”, hetgeen voldoende duidelijk schijnt te maken. De gevaarlijke plek is inderdaad oppassen geblazen, superglad met een beetje stromend water op een plek waar je geneigd zou kunnen zijn om te remmen en dan kom je geheid lelijk ten val. Wij lopen er voorzichtig doorheen en vervolgen ongeschonden onze weg.

Het gaat voorspoedig over asfalt en betonpaden en afgezien van een enkele korte plas-, rook- of billenontlastingspauze, dit laatste is een pauze om de billen even rust te geven en heeft niets met poep te maken, fietsen we in één streep door naar Argelès-sur-Mer, waar na 40 km! de eerste echte stop wordt gehouden. De temperatuur is ‘s ochtends nog draaglijk om te fietsen, dus dat is een bewuste keuze en heeft dit keer niets te maken met een op hol geslagen reisleider. We fietsen grotendeels over een vrijliggend fietspad naast een snelweg, maar ver genoeg verwijderd om er nauwelijks last van te hebben. Het landschap doet enigszins denken aan het Afrikaans landschap dat we eerder tegenkwamen op weg naar de Spaanse kunst, maar minder desolaat en ook iets minder aansprekend. Het weer is heerlijk en iedere keer als we even omkijken zien we de schitterende Pic du Canigou (2785 m) met zijn sneeuwtoppen boven de omringende bergen uitsteken. Hoe verder we van de berg wegrijden, hoe majestueuzer hij lijkt. Ik ken dat fenomeen ook zelf heel goed, mensen vinden mij van een afstand veel aardiger dan van dichtbij.

Rond het middaguur lopen we over de boulevard van Argelès-sur-Mer langs tientallen barretjes en besluiten maar ergens neer te ploffen. Maar dan hebben we buiten de waard, in ons geval buiten onze reisleider, gerekend. Hij heeft een subliem terras gevonden bij een café terras Française, met heerlijke koeken, taartjes en muffins. We slepen onze fietsen en vermoeide lijven nog honderd meter verder en nemen het er goed van. Wat kan koffie dan toch lekker zijn. Opmerkelijk hoezeer we na een half uurtje weer topfit klaarstaan om het tweede deel van deze dagetappe aan te vangen. De meisjes lopen met enige weemoed veel te snel langs alle leuke kledingwinkeltjes die hun kleertjes opdringerig aan het publiek tentoonstellen. Maar in dit geval moet ik de reisleider complimenteren met zijn voortvarende aanpak, we moeten nog 30 km tot aan het einddoel en het wordt behoorlijk warm en we krijgen nu windje tegen. Langs de Etang de Saint-Nazaire, langs eindeloze kilometers lege parkeerplaatsen voor strandgasten die pas over een maand komen, langs dorpjes waarvan we de naam subiet vergeten omdat we er nooit terug hoeven te komen. Tja, het vakantieleven aan de Middellandse Zee heeft onze harten nog niet echt veroverd, maar ook wij worden ouder, dus wie weet.

Camping Municipal Plage in Sainte Marie-sur-Mer is een prima pleisterplaats. Door voortvarend ingrijpen van Renée krijgen we voor een spotprijs een heuse bungalow tot onze beschikking. Nou ja bungalow, maar vergeleken met ons tentje allemaal luxe, vooral de koelkast komt goed van pas. We hoeven geen tent op te zetten en gaan dus gelijk aan het ijskoude water, heerlijk. Hans is meestal niet behept met grillen, maar is mogelijk bevangen door de hitte en nu vast van plan vandaag meer water dan bier te drinken!? Zodra hij weer bij zinnen is neemt hij met Ad nog eens de verschillende scenario’s door hoe om te gaan met de gevolgen van de Me-Too beweging. Zodra één van de meisjes roept “Ik wel vannacht best in een huisje” roept de ander gelijk “ik ook”. Jullie weten inmiddels hoe het bij ons gaat als de stemmen staken. Zo komen we natuurlijk niet aan kamperen toe, maar wij moeten wel de tent meeslepen! Ook Renée lijkt bevangen door de hitte en gaat een half uur plat om bij te komen. Koude lap op haar hoofd en volgens voorschrift van zuster Marianne tomaten eten voor herstel van de elektrolytenbalans. Daarna halen we boodschappen voor een eier-tonijnsalade met stokbrood en heel veel meer lekkere dingen met een koude rosé. En koffie met echte chocolade toe. Dan nog even naar het strand. Hé, dat is raar, het strand is gesloten. Tenminste als je de achteruitgang van de camping wil gebruiken. Dan maar omlopen, maar ook dat is oppassen, want om elf uur gaat het hek aan de voorkant dicht en de chip lijkt niet goed te werken. We zijn op tijd terug, want we zijn moe van een rustig maar behoorlijk heet dagje. We zetten in het huisje even de airco aan! We lezen nog een stukje, luisteren wat muziek of gaan gelijk plat.

Foto’s