Dag 25 van Fortezza naar Innsbruck

11 september 2017 - Innsbruck, Oostenrijk

Maandag 11 september. We beginnen aan de laatste week van onze vakantie en dat doen we na een rustdag. Meestal betekent dat, dat we er heel veel zin in hebben, want een rustdag doen we liever niet op vakantie, dat doe je toch liever thuis. Vol verwachting gaan om zeven uur de gordijnen open: droog! Mooi, verder kan het ons niet zoveel schelen. Nog even lekker warm douchen, tassen inpakken, uitgebreid ontbijten en de fiets optassen. Klaar voor vertrek. De oude baas van de Gasthof stelt als grap voor nog een dagje te blijven, zijn al even oude vrouw meent het serieus, veel te koud om te gaan fietsen. Inderdaad is 10 graden aan de frisse kant als je twee dagen geleden nog boven de 25 gewend bent. Maar wij gaan op pad en willen zelfs een (klein) buitje trotseren. We kunnen ons gelijk warm trappen, want de eerste kilometers gaan op en neer met hellinkjes van 8 tot 10, en soms zelfs 12%. maar natuurlijk meer op dan neer want we beklimmen de Brenner. Het zweten in de koude lucht bevalt niet best en hoe hoger we komen hoe harder het gaat waaien, dus de gevoelstemperatuur lijkt wel rond nul. Met enige jaloezie kijkt Ad naar de weg waar de auto’s in gestage klim omhoog gaan, terwijl het fietspad over elke aanwezige hobbel en omweg wordt geleid, waarbij het zomaar 10, 20, 30 meter omhoog gaat en vervolgens weer 9, 19, 29 meter omlaag, slopend. Waarom Italië fietsers zo discrimineert is ons volstrekt onduidelijk, maar wij hebben besloten het fietspad te volgen, dus dat doen we. De beloning voor onze inspanning zijn vele prachtig mooie uitzichten. Extra mooi omdat de wolken tussen de bergen hangen en af en toe een enkele zonnestraal er een paar seconden doorheen prikt, schitterend. Na enkele keren omhoog naar … tja, kun je drie huizen een gehucht noemen, naderen we de laatste grotere plaats aan de Italiaanse kant van de pas: Sterzing. Een mooi oud stadje waar we na 20 vermoeiende km de welverdiende koffie bestellen op het gezellige dorpsplein. Er resteren nog 20 km naar de top en over dit stuk hebben we al twee uur gedaan, pfft. Geen weg terug en dat willen we ook helemaal niet, maar het is koud en zwaar en we peppen elkaar op. Ad: “Kom op meid, zet ‘m gewoon op turbo, die accu is nog vol zat.” Marianne: “Kom op bikkel, het is nog maar 20 km, … hoop ik.” We fietsen door en zien 100 meter boven ons de snelweg lopen, zoveel moeten we dus nog minimaal omhoog. Hoe hoog is die Brennerpas eigenlijk? Een eind verder zien we 30 meter boven ons twee locs een stuk of 25 wagons naar boven sleuren. Daar moeten wel hele grote accu’s inzitten, denkt Ad bij gebrek aan zinvolle onzin. Dan gebeurt waar we niet meer op gehoopt hadden, we fietsen het laatste stuk over een traject van een voormalige spoorbaan. Heerlijk gelijkmatig met 2 à 3 % omhoog, tot vlak voor Brennero. Veel meer als 12 km/u halen we trouwens niet, maar we gaan wel weer iets relaxter. Dan nog even een omleiding omhoog, of toch niet? “Ben je gek” zegt Marianne, “Hans fietst ook altijd gewoon door, dat bord omleiding kun je gewoon negeren.” Helaas, na 200 meter een groot hek, toch maar de omleiding omhoog dan. Eindelijk komt dan toch Brennero in zicht, we zijn er! Net als we de fietsen voor Bar Anita hebben geparkeerd begint het te regenen. Komt dat even mooi uit, kunnen we lekker lang pauze houden. Eerst de accu opladen, dan een cappuccino, dan nog één met een broodje beenham. Zo, dat helpt om wat op te warmen. Als we weer verder fietsen ziet Marianne de super-outlet op de grens van Italië en Oostenrijk en stapt subiet naar binnen om een fietsbroek met lange pijpen te kopen. “Zal er wel niet uitzien, maar kan me niks schelen.” verontschuldigt ze zich bij voorbaat. Als ze terugkomt grote paniek: “Ik ben m’n pasje kwijt!” “Zie je nou waarom het belangrijk is een vaste volgorde aan te houden?” preekt Ad als het pasje op een andere dan de gebruikelijke plek wordt teruggevonden. Tegen twee uur beginnen we lekker warm ingepakt en vol goede zin aan de afdaling naar Innsbruck. De zon helpt een klein beetje mee en de temperatuur is inmiddels opgelopen naar 16 graden op 1400 meter hoogte, dat gaat goed. De afdaling heeft in het eerste stuk wat steilere gedeelten, maar gaat al gauw een heerlijke 2 tot 4 % over een brede weg met weinig verkeer. Wauw, dat is nog eens fietsen, na 4 uur stoempen nu met 35 km/u naar je hotelletje zoeven. Twee uur later staan we voor hotel Karwendel, onder de bergketen met dezelfde naam. Het blijkt een wat gedateerd hotel, met veel pastelkleuren en ouderwetse buizen-tv, maar we vinden het best. Een lekkere douche en wifi zijn belangrijker en het bed voelt prima aan. We gaan de oude stad in om wat te drinken en schieten een paar fotootjes. Ad koopt een nieuwe riem, want nu zijn buikje bijna weg is wordt de oude riem te wijd. Dat is nog even flink zoeken tussen alle exemplaren voor 135 cm buikomvang, blijkbaar de gemiddelde bierbuik hier. Eten doen we binnen, want het zwoele weer hebben we nu wel voorgoed achter ons gelaten. Marianne vindt het zelfs koud genoeg om Bauernsmaus te eten, met de eerste zuurkool deze herfst! Vanavond maar eens bekijken wat de weersverwachting is en wat we morgen gaan doen. Fietsen is heerlijk, maar helemaal als het ook nog heerlijk weer is.

Foto’s

2 Reacties

  1. Joske:
    11 september 2017
    Kan niet anders zeggen dan respect!!
  2. Erna:
    12 september 2017
    Ik vind jullie echte toppers!